Een arrest van de Hoge Raad uit 1989. Indien een bestuurder bij het aangaan van een overeenkomst wist of redelijkerwijs behoorde te weten dat de door hem vertegenwoordigde vennootschap de uit die overeenkomst voortvloeiende verplichtingen niet zou kunnen nakomen, kan een schuldeiser deze bestuurder aanspreken op grond van onrechtmatige daad.
Beklamel arrest
- 403-verklaring
- Aanbiedingsregeling
- Aandeel
- Aandeelhoudersbesluit
- Aandeelhoudersovereenkomst
- Aandeelhoudersregister
- Aandeelhoudersvergadering
- Aandelen aan toonder
- Aandelen op naam
- Aandelenemissie
- Aandelenfusie
- Aandelenkapitaal
- Aandelenoverdracht
- Aandelenregister
- Aandelenruil
- Aandelentransactie
- Aandelenuitgifte
- Aanmerkelijk belang
- Aanmerkelijkbelanghouder
- Absolute meerderheid van stemmen
- Accountantsverklaring
- Activa
- Administratiekantoor
- Administratieplicht
- Adoptie
- Afgeleide schade
- Afsplitsing
- Agenderingsrecht
- Algemene vergadering
- Algemene vergadering van aandeelhouders
- Alimentatie
- B.V.
- Balans
- Bankverklaring
- Bedrijfsnaam
- Bedrijfsovername
- Beherend vennoot
- Beklamel criterium
- Beklamel-norm
- Bekrachtigingsverklaring
- Belang
- Belet en ontstentenis
- Beperkte aansprakelijkheid
- Beschermingsconstructie
- Besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
- Bestuurder
- Bestuurdersaansprakelijkheid
- Bestuursbesluit
- Bestuursreglement:
- Bestuursverslag
- Beursgang
- Beursvennootschap
- Bewaarplicht
- Bezoldiging
- Bijeenroepen algemene vergadering
- Bijeenroeping (van AVA)
- Bindende voordracht
- Blokkeringsregeling
- Boekhoudplicht
- Boekjaar
- BTW carrouselfraude
- Dividend
- Due Diligence
- Emissie van aandelen
- Enquêteprocedure
- Fusering
- Geschillenregeling
- Goodwill
- Handelingsbekwaam
- Handelingsonbekwaam
- Liquiditeit
- Mededingingsrecht
- Natuurlijk persoon
- Onbehoorlijk bestuur
- Ondernemingskamer
- Patstelling
- Raad van Commissarissen
- Rechtspersoon
- Statuten
- Uitstoting
- Uittreding
- Zuivere splitsing